Verval komt na de zonde!
Hollebolle ogen met daar omheen donkere kringen én wallen als kasteelmuren kijken mij aan. De spiegel liegt niet. Na drieënvijftig en een half jaar op deze planeet heeft de aftakeling zijn intrede gedaan. En hoe! De slapper wordende wangen zijn reeds enigszins naast mijn kin aan het zakken. Mijn mondhoeken lijken daardoor meer en meer chagrijnig naar beneden te gaan zakken. Dit in tegenstelling tot de vrolijke lachrimpeltjes welke sinds enige tijd permanent aanwezig lijken te zijn. De lange, donkere lokken waar ik altijd zo trots op was beginnen bij de slapen steeds meer te vergrijzen en mijn bakkebaarden verliezen ook al alle kleur. Ik ben in de herfst van mijn leven aanbeland. En het is nog rotweer ook. Er zijn mensen om minder depressief geworden. Doch ik heb nog geen kipfiletbovenarmen. Dat dan weer niet.
In winkels zeggen ze tegenwoordig U tegen me. Hartstikke netjes natuurlijk, maar hierdoor voel ik me wél steeds ouder worden. Mijn gevecht tegen het buikje wordt steeds moeilijker. En tevens lijk ik in de schouders breder te worden. Ik voel het aan mijn shirts die van boven steeds krapper lijken te worden. En het rare is dat ik al jaren op het zelfde gewicht blijf. Vreemd toch? Tóch ik ga niet stiekem naar de sportschool. Ben je helemaal? Ik ben toch geen penopauzepuber? Het zou uiteraard kunnen dat de weegschaal kapot is. Of dat de wasmachine heter wast dan dat ik hem ingesteld heb. Ik weet echter wel beter. Het is het verval. Het verval na de zonde. Het gevolg van mijn Bourgondische leven. Of gewoon de ouderdom. Zou het dan nu écht tijd voor een abonnement op PLUS magazine worden? Het is tenslotte best een interessant magazine. Nu krijg ik het blad elke keer van mijn schoonmoeder als zij het uit heeft. Zeg nu zelf: zo een magazine kun je op mijn leeftijd toch nog niet zelf gaan kopen? Dan kan ik net zo goed meteen lid van omroep Max worden. En bestel ik tussen neus en lippen door meteen maar even die rollator. Je weet maar nooit wanneer je een dergelijk ding nodig hebt tenslotte. Voor hetzelfde geld heb ik dat kolereding morgen nodig. Staat ie mooi alvast klaar in de gang.
Een leesbril heb ik óók al jaren. Daar ben ik dus onderhand wel aan gewend. Ik heb echter steeds vaker een bril voor veraf nodig. Voor ertussenin echter heb ik vreemd genoeg nog steeds geen lenzen nodig, zodat ik nu de Godganse dag zit te hannesen met mijn twee brillen. Ik heb een tijdje een “dubbel-fuck-us-bril” gehad, maar dat werkte niet. Dus wissel ik voorlopig de diverse monturen maar af. Op, af. Op, af. Op en af. Er is echter één voordeel: ik ben niet de enige die ouder wordt. Mijn oude groenblauwe Volvo 245 wordt het ook. Hij slijt trouw met mij mee. Zijn sloten werken sinds enige tijd niet meer en het klokje heeft het ook allang opgegeven. Mijn stoel zitting is scheefgegroeid en de hoofdsteun hangt er slapjes bij. Mijn stoere Volvo is, net als ik, langzaam aan het vergaan. Maar hem kan ik inruilen. Oh ja: ik kan ook ingeruild worden. Shit: niet tegen mijn vrouw vertellen graag!
Virtueel ben ik echter nog steeds een jonge God. Gelukkig wel. Op het internet tel ik nog steeds mee. En mijn uiterlijk? Ach: als ik met de zelfontspanner foto’s van mezelf maak, dan zijn die vanzelf al onscherp. En zo niet? Dan retoucheer ik gewoon het grootste deel van mijn verworven misvormingen weg. Of ik maak er een softfocus plaatje van. Simpel en doeltreffend! En als ik achter mijn schrijftafel zit voel ik me meer dan prima. Ik heb dan naast mijn nieuwe laptop een iPad staan om mijn Facebook en Twitter tijdlijnen in de gaten te houden terwijl ik vrolijk en lustig op mijn toetsenbordje rammel. Wie riep er ook alweer dat mannen niet kunnen multitasken? Terwijl ik koffie aan het drinken ben, hoor, zie en ruik ik alles om me heen tot op tien meter afstand. Ik zit gewoon te typen en naar Coldplay te luisteren op radio 2. Tegelijkertijd waarschuw ik Sylvia Witteman via haar Twitteraccount dat ze het sterke water, waarin de enorme tumor van haar onlangs duur geopereerde tamme rat drijft, niet aan haar zwager moet geven, maar lekker zelf op moet drinken. Er zit tenslotte bijna 100 % alcohol in zo’n flesje. Ze antwoord me echter terug dat sterk water formaldehyde is en dat dit niet zo heel erg gezond voor je schijnt te zijn. Ach: dat is alcohol ook niet. Toch? Maar wel lekker! Althans: binnen proporties dan. Veel sterker dan 35% ga ik doorgaans niet. En ik kan daar op zijn tijd heerlijk van genieten. Maar dit terzijde.
Het grote voordeel van ouder worden is dat ik stukken rustiger in mijn hoofd ben dan vroeger en daardoor meer kan waarnemen zonder daar knettergek van te worden. Mijn kinderen roepen regelmatig dat ik niet goed meer hoor. Of erger: dat ik dement begin te worden. Deze dementie is echter een zelfgekozen ruststand; een soort van door de jaren heen verworven rijkdom. Deze dementie is in mijn opinie dan ook geen ziekte of zo, eerder een toestand van volledige waarneming, maar je maakt je gewoon nergens meer druk over. Een soort van Zen zijn. Je negeert eenvoudigweg de storende elementen. En ik begin nu langzamerhand weer in een dergelijke staat te geraken. Heeeeeeeeeeeeeeeeeerlijk!
Twitter: @gertdegoede