Net even heerlijk de tuin ingelopen en geconstateerd dat de plantjes voorlopig nog lang niet bewaterd hoeven te worden. Wél heb ik even de dode bloempjes van de geraniums en die van die andere bloempjes waarvan ik de naam niet weet, doch die wél leuk zijn, verwijderd. De fuchsia staat er ook nog mooi bij. En dit in weerwil van de hoosbuien welke ons geliefde land recentelijk teisteren. Mijn moeder noemde deze plant altijd  bellenboom of kortweg fuk. Het was haar lievelingsplant. Je kon hem zo makkelijk stekken. Fuk. Kun je tegenwoordig met goed fatsoen niet meer zeggen. Doch zij nog wel. Zij was van voor de “fuck” generatie. En was, ondanks dat ze door de Engelsen en Canadezen bevrijd was, de Engelse taal niet machtig. Dit in tegenstelling tot Annie MG Smidt die als een van de eersten wel al door had dat je met Engelstalige worden als: “fuk, fuk, fuchsia” grapjes kon maken. Zij wel.
 
"Vandaagh den dag is het echter één en al fuck wat den klock slaadt." (sprak deze hoogbejaarde voor- en naoorlogse jongeman) Hier in huis probeer ik het nog enigszins te beperken. En bij mezelf lukt dat best aardig. Als er echter een der kinderen boos is hoor ik deze verwensing nog té vaak voorbij komen. Vreemd is dit vanzelfsprekend niet als je oudste het liefste naar slappe "human interest" programma's op MTV kijkt, en onze twee kleine, lieve en zachtaardige mannetjes op onverklaarbare wijze helemaal verrukt blijken te zijn van die afgrijselijk asociale Maaskantje Malloten. “New kids fuck op!“ En dan druk ik me nog zachtjes uit!
 
Fucking hier, fucking daar, altijd staat dat f*** woord klaar. Echter: ik geef het ruimhartig toe, ouderwetse krachttermen als tering of kolere zijn ook niet echt gezellig meer nu we weten wat voor vreselijke ziekten dat zijn. Of wat dacht u van:"Non de Dju" en "God verdomme"?  Die zijn ook niet erg gepast meer in deze van Godsdienstrellen en -oorlogen vergeven tijden. Levensgevaarlijk zelfs! Voor je het weet krijg je óf een kogel door de kop, óf een  mes tussen je ribben van de een of andere Godvergeten Godsdienstfundamentalist. Het verbaast me trouwens dat "Alaaf" nog steeds mag. Op een Rooms Katholiek feest Allah aanroepen is tenslotte niet écht passend lijkt me. “Alaaaaaahhhf!“ Dus bij dezen wil ik voor een vervangend woord pleiten. Voor mij dus geen "ouderwets" gefuck als tyfus, Jezus of GVD meer: néé, ik wil iets anders! Iets wat fris is en toch benadrukt hoe ik me op dat moment voel. Ik heb het een tijdje met "Volendam"geprobeerd, maar dat vond ik na de cafébranden aldaar niet passend meer. Daarom ben ik nu dus op zoek naar een beschaafde, niemand krenkende krachtterm.
 
Hierbij wat alternatieven. Wat dacht u van: Bovenkerk! Klinkt best stevig hè? En ook best wel stoer. Maar ik ben het met u eens: het is geen écht schuttingwoord. Plus dat mijn lieve opa en oma er jarenlang gewoond hebben. Teeltbal dan? Nee, dat is weer net zoiets als kut. En dus toch ietwat te lichamelijk. Te vleselijk. Rotstuin! Nee, toch maar niet. Zwabber? Vloerwisser? Klinkt best wel smerig toch? Ranzig zelfs. Of discrimineer ik daarmee misschien alle schoonmakers in het land? Of de teckelbezitters? Wel vermoeiend hoor, zo'n schuttingwoord zoeken. Wacht eens even, ik heb het: "schutting!"  Dat bekt net zo lekker als "tering", maar is een stuk beschaafder. En het is tóch echte schuttingtaal! Bovendien kun je het goed gebruiken in bouwmarktcampagnes. Krijg je volgend jaar van de GAMMA met vaderdag een T shirt met daar op: "Schutting! Zit niet zo te zagen jij!"  ***(zagen is Vlaams voor zeuren, zaniken)