Mannenpraat.
In feite moet je altijd een aantekeningenboekje bij je hebben als je kleine kinderen hebt. Het is zo jammer dat als je niet al die mooie opmerkingen en vreemde woordverbuigingen van je nageslacht opschrijft, ze voor eeuwig verloren gaan. Ik zelf vergeet betreurenswaardig genoeg meer dan de helft van wat ze vertellen en beleven. Onze jongste is nu nog op zo'n mooie "woordspelleeftijd". En dus dacht ik: laat ik voor ik óók alles vergeet maar eens het een en ander optekenen. Dat is leuk voor later. Máár: ook voor nú! Lees maar!
Onlangs zat ik samen met onze jongste in de auto. Hij kan zo nu en dan flink in diep gepeins verzonken zijn en dan ineens een opmerking maken als: pappa, het is eigenlijk best lastig als je zo schattig bent als ik. Oh ja? Zei ik. Waarom dan? Nou, al die meisjes bij mij uit de klas en op school die over mijn hoofd willen aaien en zo. Én hun moeders ook. En dan al die ouwe omaatjes in de supermarkt, én de caissières; die praten altijd zo raar tegen me. Wat ben jij een mooie grote jongen! Jouw pappa is vast erg trots op je! Maar dat is toch leuk? Sprak ik. Ik vond het vroeger wel prettig dat mijn buurvrouwen mij schattig vonden. Dan ging ik iedere dag alle deuren af en kreeg overal iets lekkers. Waarop onze jongste reageert met: jullie kregen vroeger niet zoveel snoepjes thuis hè pappa? Nou dan! Ik krijg thuis toch wel snoep genoeg? Dan hoef ik voor mijn vitaminen toch niet naar de buurvrouw te gaan?
Ons mannetje is redelijk bijdehand en laat zich niet snel van zijn stuk brengen. Enige tijd geleden was hij ons aan het uitleggen hoe een baby'tje gemaakt wordt. Eerst ga je zoenen met je vrouw en dan wordt je piemel stijf. Dan plas je in de plasser van het meisje en dan krijg je na een poosje een baby. Waarop mijn vrouw zegt: nee, nee. Dat kan niet. Als je piemel stijf is kun je niet plassen. Wel waar zegt onze man dapper. Nietes! Zegt mijn vrouw weer. Wel waar! Daar snap jij toch niets van mamma? Jij bent een meisje en ik een man, dan weet ik het toch zeker beter? Dom zeg!
Een paar jaar geleden. We stapten de auto uit. Hij had nogal moeite met het uit zijn kinderzitje en uit de auto komen; zodat ik zei: schiet eens even op, ik sta met mijn handen vol boodschappen! Die zijn zwaar hoor! Waarop meneer antwoordt: vlug, vlug . . .ik moet altijd alles vlug doen van jou. Ik ben toch geen vluchteling? Hahahaha. Nee joh! Gekkie! Een vluchteling is iemand die zijn land uit is moeten vluchten omdat hij anders in de gevangenis komt. Dat is ook zielig hè pappa? Maar waar moet hij dan heen? Dan gaan ze naar een ander land en dan vragen ze of ze daar mogen wonen. Dat noemen ze asiel zoeken. Hij lijkt het te snappen, dus we stappen naar binnen en laden de tassen met boodschappen uit. Tot hij opeens zegt: pappa? Ja schatteventje van me. Wat is er? Als ik nou een hondje wil, moet ik dan ook een vluchteling worden? Nee rare, hoe kom je daar nu bij? Nou, als ik een hondje wil moet ik toch ook eerst een asiel opzoeken?
Gisteren was ook leuk. Zaten we weer samen in de auto. Hij zit nu in groep vier en leert onderhand best aardig te lezen. Als hij dan ook een bord ziet zoals Mac Donalds of verboden in te rijden, dan leest hij dat altijd voor. Nu reden we langs het park in ons dorp en hij zegt opeens: pas op! Een den! Een den, vraag ik me af? Een den? OH! hahaha, je bedoelt: Pas op éénden!
Of deze: zijn beide opa's en één oma zijn al overleden en dat zit hem zo nu en dan wel eens dwars. Zo vertelde hij laatst dat de opa van een meisje bij hem in de klas onlangs was overleden. Het meisje had in de klas verteld dat haar opa nu een sterretje geworden was. En dat ze elke avond voor het slapen gaan naar hem zwaaide. Maar dat is niet waar hè pappa. Als je dood bent wordt je geen sterretje hè? Oh nee? Vroeg ik. Nee hoor, dan ga je eerst slapen en dan ga je daarna gewoon over naar een ander level. Enige tijd later. Pappa, als jij dood gaat, zie jij opa dan gewoon weer of is die dan al weer over naar een volgend level? Lang leve het computerspelletjestijdperk!
De komende weken zullen, in afwachting van de Sint, wel weer een bron van inspiratie voor hem zijn. Kan hij weer fijn naar het Sinterklaasjournaal kijken dat volgens hem gepresenteerd wordt door “Biebeltje Brok”. Ik kan hem nu al horen zingen: “sinterklaasje kom maar binnen met je KNEX“. Of: “Hoe hard waaien de rimpels al heen en al weer“. Het is waarschijnlijk de laatste keer dat hij nog in de sint geloofd. Nog één keer genieten dus!