Jantje zag eens pruimen hangen.........(gedicht)
Ook ik had het willen doen
afwijken van de paden
mijn schepen verbranden
alles achterlaten
Slechts aan mezelf denken
en in het diepe duiken
maar ik kon het niet
had geen keuze….
maar verplichtingen
en bij het een hoort het ander
en dan….is er geen plaats
voor die andere ander
Toch kabbelt het verder
mijn scheepje vol
met goede goederen
…….en ander geluk
Nee ‘k ben absoluut niet ontevreden
het leven neemt zoals het geeft
ook hier is vervulling en liefde, dus
laten we plukken wat van ons is
en de verboden vruchten laten staan
en hoewel de verleiding vaak groot is
zal ooit de beloning volgen
.............................
zoals in dit oude rijm:
“Jantje zag eens pruimen hangen”
Jantje zag eens pruimen hangen,
O! als eieren zo groot.
't Scheen, dat Jantje wou gaan plukken,
Schoon zijn vader 't hem verbood.
Hier is, zei hij, noch mijn vader,
Noch de tuinman, die het ziet:
Aan een boom, zo vol geladen,
Mist men vijf, zes pruimen niet.
Maar ik wil gehoorzaam wezen,
En niet plukken; ik loop heen.
Zou ik om een hand vol pruimen
Ongehoorzaam wezen? Neen !
Voort ging Jantje, maar zijn vader,
Die hem stil beluisterd had,
Kwam hem in het lopen tegen
Vooraan op het middenpad.
Kom mijn Jantje, zei de vader,
Kom mijn kleine hartedief!
Nu zal ik u pruimen plukken,
Nu heeft vader Jantje lief.
Daarop ging Papa aan 't schudden,
Jantje raapte schielijk op.
Jantje kreeg zijn hoed vol pruimen,
En liep heen op een galop.
Auteur Jantje zag eens….: Hiëronymus van Alphen.
En de rest: © Gert de Goede 2009